
Mensen, rechten en de natuur – Hoe geven we stem aan niet-menselijk leven?
Onlangs liep ik door de Kaapse Bossen bij Driebergen. Prachtige loof- en naaldbomen staan daar kriskras op een dikke deken van felgroen mos. Een specht klopt ons, zonder hoofdpijn te krijgen, naar het voorjaar. Op afstand wijst iemand me op het huis van Prinses Irene en weg was mijn romantische gevoel. De naam van Prinses Irene is op grappige wijze aan dikke bomen blijven kleven. Flauw en zó voorspelbaar flap ik eruit: ‘Ah, laten we hier even ieder voor onszelf een boom knuffelen’.
Grote nieuwe tegenbewegingen lopen vaak via een vast patroon: van het ridiculiseren, via het bediscussiëren, naar het omarmen van baanbrekende ideeën. Eerst maken we blijkbaar nieuwe inzichten over onze omgang met de ons omringende natuur zoals die van Irene belachelijk, dan – enigszins beschroomd misschien – zeggen we dat er toch wel wat in zit om die natuur minder afstandelijk te benaderen. Vervolgens accepteren we het idee dat we als mensen onderdeel van die natuur zijn, en hadden het misschien wel zelf willen verzinnen.
Concreet wordt het idee dat we onderdeel zijn van de ons omringende onmenselijke natuur, als we er een persoon van maken met rechten. Kan een boom of rivier rechten hebben? Kunnen de Waddenzee, de Maas, Amelisweerd een rechtspersoonlijkheid zijn met rechten? Bestaat er zoiets als rechtsgelijkheid voor niet-menselijk leven? Kun je pleiten voor rechten van de natuur zoals er mensenrechten zijn voor mensen? ‘Ja’, zeggen meer en meer klimaatjuristen, biologen, planologen en zelfs een toenemend aantal kunstenaars. Het woord rechtspersoon voor een boom is misschien een beetje vreemd, maar de natuur móet een rechtspersoonlijkheid krijgen om ons voor de ecologische ondergang te bewaren.

In 1972 legde Christopher D. Stone het fundament van de Rechten voor de Natuur. Zijn baanbrekende artikel luidde: ‘Should Trees Have Standing?’ Hij zou later de vader genoemd worden van het Klimaatrecht. Zijn idee werd eerst afgeschilderd als volstrekt belachelijk, hoogstens als overdreven romantisch verhaal. Dwars tegen deze stroom in, stelde Stone dat de Rechten voor de Natuur gewaarborgd moeten worden door een wettelijk erkende voogd.
Klimaat juriste Jessica den Outer won vorig jaar de duurzame Top 100 van het dagblad Trouw. In lijn met Stone, stelt Den Outer: ‘Dat beekjes en bossen niet kunnen spreken, is geen argument tegen Rechten voor de Natuur. Bedrijven, overheidsinstanties, gemeenten of universiteiten kunnen evenmin spreken. Zoals voogden staan voor de belangen van
kinderen, zo kunnen advocaten het opnemen voor de belangen van rivieren en bomen’.
Volgens de laatste metingen zijn er intussen wereldwijd meer dan 400 initiatieven om rechten voor de Natuur te erkennen. Ruim veertig landen hebben Rechten voor de Natuur vastgelegd in wet- en regelgeving. Sommige landen om ons heen zoals Duitsland hebben ze zelfs op genomen in de Grondwet. De Universele Verk aring van de Rechten van de Mens (UVRM) erkent dat ieder mens het recht heeft op leven, onderwijs en vrijheid van godsdienst. Zo heeft de rest van de natuur ook fundamentele rechten op leven, om de cycli, functies en evolutionaire processen. Wat heet! Wij mensen zijn er voor ons leven volledig van afhankelijk dat de natuur stem krijgt. Misschien kunnen we de UVRM beter oprekken tot de Universele
Verklaring van de Rechten van Alles wat leeft, de UVRA, inclusief mensen dus.
Mooi allemaal, hoor ik u denken, maar wat kunnen wij hiermee? Het is inderdaad niet eenvoudig om de erkenning van de Rechten voor de Natuur puur juridisch te verdedigen, zegt Den Outer. Daar hebben klimaat-juristen vele anderen voor nodig, biologen zoals onlangs Arita Baaijens (‘In Gesprek met de Noordzee’, op zoek naar een nieuwe relatie met de natuur), planologen zoals Erik Kaptein (‘Rechtsgelijkheid voor de Natuur’, waarom niet-menselijk leven rechten verdient), of burgers zoals de rivier-de IJssel-liefhebber Wim Eikelboom die bij een inspraakavond van de gemeente stem gaf aan de rivier die haar rechten opeist, om vrij te kunnen stromen en niet te worden vervuild.
Wat kunnen wij als een groep mensen betrokken bij het initiatief Geloven in Groen doen in de lokale context van Den Haag? Als stadsgenoten van de Residentie doen we al het één het ander zoals deze website u vertelt: van groene inspiratiedagen tot verwonderwandelingen in de natuur. Als werkgroep zijn we ons op dit moment aan het beraden op een ‘groene karavaan’ in aanloop naar een festival aan het eind van dit jaar. Hoe kunnen we als geïnspireerde mensen, zo je wilt gelovigen in Den Haag, invulling geven aan de Universele Verklaring Rechten van Alles (UVRA) wat leeft? Hoe geven we stem aan alle
niet-menselijke natuur om ons heen, de natuur die we in en uitademen, terwijl u dit leest? Stemmen van de natuur in nood, de natuur die wij zijn.
Heeft u ideeën, concrete plannen, laat het ons weten!
Willem Jansen – Lukaskerk/Initiatives of Change